Pinus ponderosa

Informatie over Pinus ponderosa

Pinus ponderosa wordt in Nederland ook wel de Gele den of de Ponderosaden genoemd. Het is een naaldboom die ongeveer 20 á 30 meter hoog en 5 á 8 meter breed wordt, in zijn natuurlijke habitat kan hij wel 60 meter hoog worden. Deze Pinus soort groeit smal piramidevormig en heeft een dichte kroon. De Pinus ponderosa is uitstekend voor solitair beplanting in een grote tuin. Zijn donkergroene naalden behoudt hij in de wintermaanden en zorgt dus voor groen gedurende het gehele jaar. Opvallend is dat de twijgen een terpentine geur afscheiden bij beschadiging, ook zijn afschilverende bast is kenmerkend en zorgt voor een extra sierwaarde. De conifeer is een voedselboom voor bomen, waardoor hij vogels naar uw tuin trekt.

Gewasgroep en herkomst

Pinus ponderosa is familie van de Pinaceae, oftewel de Dennenfamilie, en valt onder de coniferen. De gele den  heeft zij herkomst in West-Amerika, doorlopend van British Columbia tot Noordwest Mexico. Van origine komt deze soort het meeste voor in bergachtige (kust)gebieden, zoals bijvoorbeeld de Rocky Mountains.

Plantkenmerken

Deze Pinus soort heeft vrij stijve naalden in een donkergroene kleur, die behouden blijven gedurende de winter. Hij is uitstekend winterhard en staat het beste op een zonnige plek. Na de bloeiperiode ontstaat vrucht aan de boom, in de vorm van roodbruine kegels. De boom is doorgaans niet giftig voor mens of dier, voor vogels is het zelfs een voedselbron. De Pinus ponderosa kan niet tegen verharding, maar kan echter in elke grondsoort geplant worden, dus zand- leem- en kleigrond. Ook kan de boom goed tegen wind.

Groeiplaats en onderhoud

De Pinus ponderosa is geschikt om te planten in parken en grote tuinen. De soort is zeer geschikt om als solitair te planten, snoei is daarbij niet nodig. Betreft het water geven, de eerste twee groeiseizoenen heeft de boom genoeg water nodig, wekelijks één grote gift. Aangezien het een wintergroene soort betreft adviseren we ook om in de winterperiode de plant te blijven monitoren en indien nodig te bewateren. Bekijk hier onze instructievideo over water geven.